PlusBoekrecensie
Razend spannende reconstructie van een vergeten duikbootdrama
Als een Noord-Koreaanse spionage-onderzeeër in 1996 strandt voor Zuid-Korea, volgt een klopjacht op de opvarenden. Jeroen Visser ging op zoek naar de stuurman, het enige missielid dat levend kon worden aangehouden.
Bij de vorige Olympische Winterspelen, februari 2018 in het Zuid-Koreaanse Pyeongchang, raakten de media in de ban van de 301 communistische cheerleaders op de tribunes, gestoken in strakke, rode skipakken. Ze zongen, klapten en scandeerden, perfect synchroon.
Het was een gebaar van toenadering van de Noord-Koreaanse dictator Kim Jong-un, die ook zijn zus Kim Yo-jong liet plaatsnemen op de eretribune. Nooit eerder had een lid van de Kim-dynastie een bezoek gebracht aan het gehate, kapitalistische Zuid-Korea.
Collectieve zelfmoord
Ook Volkskrantcorrespondent Jeroen Visser had oog voor de jonge vrouwen uit het vrijwel hermetisch gesloten, communistische land. Maar hij werd journalistiek getriggerd door een man in de communistische delegatie: Kim Yong-chol, oud-hoofd van de Noord-Koreaanse militaire inlichtingendienst. Verantwoordelijk voor het bloedigste naoorlogse incident tussen beide landen, waarbij aan Zuid-Koreaanse kant 18 doden en 27 gewonden vielen. En ook bijna een volledige Noord-Koreaanse duikbootbemanning de dood vond, deels door het plegen van collectieve zelfmoord.
Hoe kon juist dit voormalige spionagekopstuk met alle egards worden ontvangen? Werden er bij de Winterspelen daadwerkelijk stappen gezet op weg naar vrede, of zelfs de door beide landen gedroomde eenwording?
Bloedige klopjacht
Tot verbazing van Visser had zijn jonge vertaalster nog nooit gehoord over de Noord-Koreaanse spionage-onderzeeër, die op 18 september 1996 strandde voor de kust van het Zuid-Koreaanse Gangneung.
De bloedige klopjacht die het Zuid-Koreaanse leger daarna had ingezet op de bemanning, destijds wereldnieuws, leek diep weggezonken in het collectieve geheugen. Het incident had geen film, boek of parlementair onderzoek opgeleverd. Gesprekken met Zuid-Koreanen leerden hem dat zelfs in oorlogsdreiging gewenning kan optreden. Niemand zat te wachten op het oprakelen van een oud verhaal, kreeg hij te horen.
Visser weet het duikbootincident razendspannend te reconstrueren, deels op basis van gevonden dagboeknotities van enkele spionnen. Ondanks de overmacht van 40.000 soldaten wist het Zuid-Koreaanse leger slechts één Noordeling levend te pakken: stuurman Lee Kwang-soo. De Zuid-Koreaanse soldaten schitterden vooral door disciplinegebrek en drankmisbruik, vier reservisten sneuvelden door eigen vuur. In het tweede deel van het boek gaat Visser op zoek naar de stuurman, inmiddels in dienst van de Zuid-Koreaanse marine.
Noord-Korea zegt nooit sorry
Jeroen Visser
Das Mag
€ 22,50, 152 blz.